Blogs

Een schitterende mislukking – Glas door de ogen van architecten

In de architectuur heeft glas een onbreekbare reputatie. Vanaf de jaren twintig van de vorige eeuw begon de opmars.

Licht, lucht en ruimte waren het motto van de modernistische architectuur zoals die werd uitgedragen door de van oorsprong Akense architect Mies van der Rohe.

Glas werd door de modernisten ingezet om de leefomstandigheden van stadsbewoners te verbeteren. Iets van deze geschiedenis en veel over de brede toepassing van glas in kunst, cultuur, wetenschap en dagelijks leven is te zien in de expositie In Vitro bij architectuurplatform Bureau Europa in Maastricht.

In het bij de tentoonstelling gemaakte boekje zijn niet alleen vier pagina’s ingeruimd om het afscheid van curator Remco Beckers uit de doeken te doen, er valt ook te lezen dat de expositie zich richt op de verschillende hoedanigheden van glas in de regio. Inderdaad speelt glas, vanaf het midden van de 19de eeuw met ‘glascentrum’ Roermond als aanjager, een historische rol in kunstnijverheid en architectuur. In Vitro stelt uit deze zogenaamde Limburgse School veel gebrandschilderd glas tentoon van onder anderen Joep Nicolas, Gène Eggen en Charles Eyck. Jammer dat de Euregionale achtertuin in België en Duitsland, met de omvangrijke Luikse glasnijverheid en het Glasmalerei Museum in Linnich, er zo bekaaid vanaf komt.

Schuur met door John Habraken ontworpen Heineken-flessen. Foto: Heineken

Het soms onnodig academisch taalgebruik wordt gecompenseerd door een aantal fraaie objecten en video’s, waaronder de Academy Award winnende documentaire Glas (1960) van Bert Haanstra, die de kunst van het glasblazen laat zien als een dansbare jazzy orkestratie. Er zijn ook fraaie maquettes, zoals van het befaamde Glaspaleis van Frits Peutz in Heerlen, een navolger van Mies van der Rohes modernistische architectuur.

Glas als materiaal is duurzaam, breekbaar en dankzij tal van recente technische innovaties toekomstbestendig als bouwmateriaal met draagkracht, zo leert de expositie. Ook als drager van kunstwerken, als wetenschappelijke toepassing in reageerbuizen, kweekglazen en in de ontwikkeling van microscopen en telescopen is glas nog steeds onontbeerlijk.

De glazen vloertegels van Herman Walenkamp uit de jaren dertig tonen de eerste schreden om glas als industrieel bouwmateriaal te ontwerpen. In Vitro raakt ook aan het thema hergebruik, waar innovaties ook wel eens de mist in gaan. Zoals bij een ontwerp van de vorig jaar overleden architectuurtheoreticus John Habraken. Begin jaren zestig onderzocht hij of bierflesjes konden worden ingezet bij de bouw van huizen. Het bleek een schitterende mislukking; in een prototype werd het bij zonneschijn ondraaglijk heet.

In Vitro. T/m 16 juni 2024 in Bureau Europa, Platform voor architectuur & design in Maastricht.

Dit artikel is verschenen in ZOUT magazine

Meer artikelen